Josceline Bogaers is columniste van FoodPersonality. Zij interviewt managers uit de FMCG over hun visie op leiderschap, hun dromen en hun ergernissen. Dit keer: Merlijn van de Ven, Sales Director Nederland bij Bacardi.
"Ik heb alle salesonderdelen bij elkaar gebracht."

Hoe gaat het met Bacardi?
Heel goed. Sinds de reorganisatie van twee jaar geleden en de komst van onze nieuwe ceo, Mahesh Madhavan, is er een frisse wind gaan waaien. Bij zijn aantreden zei hij dat de komende tien jaar de beste tien jaar zullen zijn en dat de omzet verdubbeld wordt. En wat blijkt? Afgelopen jaar was het beste jaar ooit voor de Europese tak. Hij heeft ook de oorspronkelijke waarden van het familiebedrijf, dat Bacardi is, weer op de voorgrond gezet. Hij heeft ons de inspiratie gebracht die we nodig hadden.
Hoe heeft hij dat dan gedaan?
Hij inspireert, van de bestuurslaag tot aan de receptie. Hij praat met iedereen, is heel benaderbaar en neemt echt de tijd om kennis te maken. Dan gaat het niet alleen over werk, hij wil ook weten hoe het thuis gaat. Vaak krijg je ceo’s van multinationals niet eens te spreken, maar ik heb hem al vijf, zes keer ontmoet en ook echt gesproken. Door zijn houding proef je dat onze normen en waarden weer in de organisatie worden nageleefd, ‘family, foundership & fearless’. En in zijn strategie zet hij de consument helemaal centraal, bij alles wat we doen en ontwikkelen.
Welke invloed heeft hij op de Nederlandse organisatie?
Je ziet dat alle clusters, dus ook die waar Nederland onder valt, dezelfde drie prioriteiten nastreven. Die zijn door hem geformuleerd. Daar was eerder geen sprake van. De organisatie is nu menselijker en relaxter. De sfeer is goed, er wordt veel gelachen en veel samengewerkt. En de resultaten zijn nog nooit zo goed geweest. Bacardi is nu de nummer één in gedistilleerd in Nederland.
Hoe zit het met innovaties?
Die zijn voor ons een van de belangrijkste groeifactoren – en dus cruciaal. We worden steeds beter in het brengen van de juiste consumenteninnovaties. Voor de Europese clusters is een aparte innovatie-afdeling ingericht, maar als we de grootste willen blijven, moeten we nog sneller, beter en unieker zijn met onze innovaties. We moeten innoveren om in de markt voorop te blijven lopen.
Jij bent intern doorgegroeid en anderhalf jaar geleden sales director geworden. Wat heb je tot nu toe gedaan?
Ik mocht vanuit de tekentafel mijn eigen team samenstellen en bepalen wat ik met de salestak wilde. Ik heb mensen toegevoegd, de buitendienst – die extern was – naar binnen gehaald en online opgezet. Kortom, alle salesonderdelen zijn zo bij elkaar gebracht. Ook vond ik het belangrijk om het menselijke aspect in de organisatie te versterken. Als je een goede ‘people manager’ bent, komt de rest vanzelf. Als je 70/80 procent van de mensen meekrijgt en kunt inspireren, heb je al gewonnen.
Hoe manage jij je team?
Ik maak veel tijd voor mijn team en de mensen, ik ben betrokken en heb oprechte interesse. Ik motiveer hen door enerzijds uit te dagen en anderzijds te complimenteren. Goede ideeën geef ik een podium en de bedenker krijgt daarvoor de credits. Natuurlijk gaat het uiteindelijk om de resultaten, om omzet en winstgevendheid, maar ik stuur op allerlei doelstellingen, van marktaandeel en campagnes tot persoonlijke doelen. En ik kijk ook verder dan mijn eigen afdeling. Ik merk dat ik nu breder het eerste aanspreekpunt ben, dus ook voor bijvoorbeeld trade marketing en marketing. Uiteindelijk ben ik natuurlijk verantwoordelijk voor het salesresultaat. Dus krijg ik de klappen en soms de credits. Dat werkt ook positief, want ik heb nu meer invloed op de gang van zaken en kan een duidelijkere stempel drukken.
Welke uitdagingen zijn er intern?
Verschillende; het kan soms een uitdaging zijn om alles snel op de rit te krijgen. Als familiebedrijf zijn we niet in alles strak georganiseerd, waardoor we soms net iets minder snel schakelen dan de grotere multinationals. Tegelijkertijd kunnen we makkelijker pionieren en nieuwe vindingen doen, maar het duurt nu vaak nog wat langer voor een product daadwerkelijk in het schap staat. Als je naar de hele organisatie kijkt, is het een uitdaging om iedereen gemotiveerd te krijgen én te houden en iedereen dezelfde kant op te laten gaan. Als iedereen op dezelfde manier werkt, functioneer je beter en kun je sneller slagen maken. Wat dat betreft gaan we wel de goede kant op.
Wat vind je van de beperkingen voor de verkoop van alcohol bij winkels?
Die beperkingen zijn heel begrijpelijk en ik vind dat bedrijven hun verantwoordelijkheid moeten nemen en consumenten niet moeten aanzetten tot overmatig alcoholgebruik. De hang naar gezonder leven zie je in alle productgroepen terug, ook in de drankenindustrie. Een logisch gevolg van deze bewustwording is dat er steeds meer alcoholvrije dranken te verkrijgen zijn. Alcoholvrij bier is inmiddels breed geaccepteerd, maar je ziet nu ook bijvoorbeeld alcoholvrije gin. We zijn als bedrijf ook bezig om te kijken wat we met deze ontwikkelingen kunnen doen, het zijn ook kansen en je moet je creativiteit aanboren.
Word je nooit moe van die restricties? Toen je bij British American Tobacco werkte, had je daar ook last van. Wil je niet een keer gewoon sperziebonen gaan verkopen of zo?
Nee, dat lijkt me niks. In de drankenindustrie zijn nog best veel mogelijkheden. Je mag je creativiteit nog maximaal aanwenden, in de vorm van evenementen, promoties, educatie van personeel en nog veel meer. Ik vind het mooie aan drank dat het daarbij om beleving draait. Dat mensen echt verliefd kunnen worden op een merk. En ik besef het dat er in vers volop geïnnoveerd wordt, maar ik zie die merkbeleving en -voorkeur nog niet lukken met sperziebonen.
Kom je zelf eigenlijk veel in de horeca?
Ja, maar dat is ook de aard van het beestje. Ik heb affiniteit met de producten van Bacardi. Om met deze merken te werken en me te begeven in de wereld waar het gebeurt, dat geeft mij voldoening. Ik drink graag een drankje op het terras, ga graag uit eten met mijn vriendin of met vrienden een avondje doorhalen. De tijden zijn wel veranderd; het gezin staat nu zonder meer op de eerste plaats. Maar: nog altijd combinerend met een drankje, een avond op stap of een bezoek aan een evenement.
Lukt het om je gezin voorrang te geven boven je werk?
Ik werk vijf dagen per week mijn kop eraf. Ik begin vaak al om 7 uur, maar ben dan wel vroeg weg of ik start later en werk langer door. Bij BAT had ik moeite om het werk los te laten en heb ik echt slapeloze nachten gehad van de stress. Inmiddels kan ik een stuk beter relativeren en zeg ik: tot ik de straat inrijd en de sleutel in de voordeur steek, ben ik aan het werk. Daarna gaat de knop in principe uit. Thuis leg ik mijn werktelefoon in de hoek en kijk ik er alleen op als ik ’s avonds nog wat wil doorwerken. In het weekend werk ik nooit en ook op vakantie is mijn werktelefoon echt uit. Die balans is nu goed en dat wil ik zo houden.
Wat moet jij nog ontwikkelen om algemeen directeur te worden?
Toevallig, laatst zei een collega van ‘human resources’ dat ik het wel in me heb om dat te worden, maar ik zou hier wel goed over na moeten denken. Ik vind het belangrijk om genoeg vrije tijd over te houden en veel tijd in mijn gezin te steken. Als ik die stap zou willen zetten, moet ik vooral nog meer ervaring in mijn rugzak krijgen en misschien eerst nog intern een zijstap naar een andere keuken maken.
Wat zou je doen als je een hele andere carrière zou kiezen?
Dan zou ik iets voor mezelf beginnen. Ik vind handel altijd al interessant. Vroeger wilde ik een horecaonderneming, maar dan ben je altijd aan het werk als anderen juist vrij zijn. De handel in bakstenen, onroerend goed, lijkt me interessant. En dan liefst internationaal, omdat ik graag reis.
Leef jij gezond?
Ik denk het wel, maar het kan gezonder, zowel qua eten als drinken. Ik ben steeds bewuster gaan consumeren, maar het kan altijd beter. Sporten schiet er soms ook bij in. Maar als je alles met mate doet, kun je overal van genieten.
Heb je een ‘guilty pleasure’?
Ik heb er meerdere, maar als ik een goede kater heb, wil ik de volgende middag naar McDonald’s. Zo’n ordinair menu met alles erop en eraan, hamburger, frietjes, cola of een milkshake. Daar geniet ik dan met volle teugen van.
Wat staat er op jouw bucketlist?
Veel. Van klein tot groot. Ik ga binnenkort van Amsterdam naar Vught verhuizen, wat voor mij een hele grote stap is, want ik zal Amsterdam heel erg missen. Vóór die tijd wil ik nog zoveel mogelijk van Amsterdam meemaken: restaurantjes, avondjes uit, festivals… Dat zijn makkelijk te realiseren wensen. Een grotere wens is dat ik graag met mijn gezin veel zou willen reizen, om de wereld te zien. Ik wil naar Zuid-Amerika, Afrika, Australië en nog meer van Azië zien. Mijn grootste droom is om meer vrije tijd te hebben. Als ik dat voor elkaar kan krijgen, is alles geslaagd. Het leven is te kort om alleen te werken.

