Interview
"Geld en status zijn leuk meegenomen, maar drijven mij niet voort."
Waar staat Interbrew eigenlijk?
Op de Nederlandse markt verkopen we onder andere Dommelsch, Hertog Jan, Hoegaarden en Leffe. Interbrew Nederland is een onderdeel van het wereldwijde Interbrew. Een internationale brouwerij met een breed merkenportfolio, dat nog veel groter is dan wat we op de Nederlandse markt hebben. Dus wij kunnen morgen beslissen om bijvoorbeeld Becks uit te gaan rollen. Interbrew Nederland is in de totale Nederlandse biermarkt de nummer twee.
Wat deed je vóór Interbrew?
Na de HEAO in Utrecht heb ik mijn MBA gehaald aan het Nimbas-instituut. Ik ben gestart als trainee bij Henkel in de wasmiddelendivisie. Na anderhalf jaar ging ik via een internationale uitwisseling naar Wenen, samen met mijn vriendin. Dat was wel de tijdvan mijn leven. Ik was 25 jaar en had een expat-contract. Opera, restaurants en skiën,een geweldige tijd. Terug in Nederland werd ik, na anderhalf jaar key account management, product group manager speciaal-wasmiddelen. Na zeven jaar Henkel besloot ik weg te gaan. De beslissingen liepen via Duitsland. Dat werd me te bureaucratisch. Ik wilde meer zelf ondernemen. Het was een hele kunst om dat te vinden bij een be-drijf. Mijn 3,5 jaar bij Coty, als laatste als commercieel directeur Benelux, waren in dat opzicht leerzaam.
Waarom ben je naar een brouwer overgestapt?
De groei-ambitie van Interbrew sprak mij aan. Na twee periodes bij andere bedrijven had ik een passende ervaring en zin om die ambitie waar te gaan maken. Ze hebben voor die ‘drive’ gekozen. Dat je niet uit de markt komt, maakt het soms wat moeilijker. De oorsprong van bierverkoop komt uit de horeca. Daar heeft het een lange traditie. Met mijn kennis en ervaring kan ik ook in deze markt een duidelijke toegevoegde waarde brengen. Dat wordt gewaardeerd.
Moet je je extra inspannen om de markt te leren kennen?
Echt avondwerk beperk ik tot eens in de week. Dan eet ik met handelspartners, collega’s en branchegenoten. Projectgroepen waar je in zit, nationaal of internationaal, werken ook gemakkelijk ’s avonds door. Op congressen laat ik mijn gezicht zien en zie ik mijn netwerk. Verder nodig ik graag mensen uit. Ik vind ik het leuk om mensen naar de brouwerij te halen. Dan kunnen ze meteen met meer mensen van gedachten wisselen. Een korte rondleiding en een zorgvuldige proeverij, dat werkt lekker. Bij formeel overleg over branchezaken zie ik uiteraard ook collega’s van Grolsch, Heineken en Bavaria. Maar naast het gezamenlijke belang zijn we gewoon elkaars concurrenten.
De drive van Interbrew is hun groei-ambitie. Wat is jouw drive?
Ik formuleer doelen. Niet dat ik die op papier zet. Ze zitten dieper. Geld en status zijn leuk meegenomen, maar drijven mij niet voort. Ik vind het een uitdaging om het potentieel te realiseren dat ergens inzit. Het is prettig als ik dat niet alleen kwalitatief maar ook kwantitatief kan toetsen. Het verwezenlijken van doelen helpt erg bij dat plezier. Avontuur, hectiek en complexiteit, ik schijn dat nodig te hebben. Het moet allemaal niet te gemakkelijk zijn, ook privé niet. Mijn gezin is voor mij belangrijk. Wij hebben twee dochters, een van zes en een van drie, allebei in december jarig. Het is niet eenvoudig om een goede tijdsbalans te vinden tussen werk en privé, maar dat geeft mij nou juist de energie om het wél te doen.
Waar kun je nog op concurreren?
In de brouwerij moet je het krachtenspel niet onderschatten. Bij ons is retail heel belangrijk, maar horeca is nóg groter. Bij anderen zal dat weer anders liggen. In de retail is het vechten om de betere plek. Van het horeca-kanaal zijn weinig cijfers beschikbaar en die zijn ook minder belangrijk. Jíj haalt de klant binnen of de ander doet dat: één op één, de ultieme vorm van concurrentie. Nieuw voor mij is dat je één product maakt voor volstrekt verschillende kanalen. Door samenwerking zou de keten veel optimaler kunnen worden ingericht en er zouden kosten bespaard kunnen worden, zoals bijvoorbeeld door het transport over water.
Wat spreekt jou aan bij Interbrew?
De cultuur. Ik heb veel gewerkt in een hechte relatie met mijn Belgische en Franse collega’s. De kenmerken zijn: informeel, ambitieus en sociaal. Er zit ook Brabantse gezelligheid in. Ik kan mijzelf goed vinden in de combinatie gedrevenheid en plezier. Niet alleen maar werkgericht met elkaar omgaan. Bier heeft toch wel iet magisch, dat merk je.
Wat zeggen ze van jou?
Ik hoop: een prettige persoonlijkheid die openheid nastreeft, die over zaken nadenkt en een visie kan uitdragen. Ik wil veel bereiken en ben veeleisend. Nu ik op zondagochtend mailtjes begin te ontvangen van mijn medewerkers, vind ik dat vervelend. Ik wil geen weekends claimen. Maar er is wel een spanningsveld omdat de lat hoger komt te liggen. Mensen vragen zich af of het werk niet te veel van ze vraagt. Ik heb dan dat luisterend oor, maar niet altijd de oplossing. Uiteindelijk zijn we wel trots als we aan het einde van het jaar de resultaten bekijken die we samen hebben bereikt.
